De ketting

(verhalen, 1983)

Tien verhalen, die verschillend van aard zijn. Of, zoals als schrijver/recensent Alfred Kossmann noteerde: Navrante schetsen, ten dele short stories met een verrassende pointe. Gevarieerd is de bundel zeker. Een man en zijn oude moeder. Een jong meisje en de minnaar van haar moeder. Een man met zijn vriendin en zijn zoontje. Een man in een pension. Twee piepjonge meisjes in een nachttrein. Een afschuwelijke man en zijn vrouw in de provinzie. Een nederlandse vrouw met een debiel zoontje in Spanje. Een advokate en een Egyptische bezoeker. Een man wiens dochtertje een splinter in de dij krijgt. Een schrijver in problemen[...] Dit keer geen of slechts weinig van het realisme dat Mensje van Keulen bij haar debuut beroemd maakte. Daarvoor in de plaats is ingehouden sentiment gekomen en enige gruwel.

Ook hier is het vooral de subtiele sfeertekening en (dus toch!) persoonsbeschrijving die de m.i. hoge kwaliteit bepalen.
- Rob Vooren in Leidsch Dagblad.

Ik ben benieuwd of Mensje van Keulen ons in de toekomst van meer van dit soort horrorachtige verhalen zal voorzien, of dat ze verder zal gaan met het uitdiepen van menselijke emoties. Hopelijk doet ze alletwee.
- Inge van den Blink in Utrechts Nieuwsblad.

[een fragment uit De ketting]